De Onderzoeksraad voor de Veiligheid waarschuwt voor de afhankelijkheid van KPN als enige provider van alarmnummer 112. In een nieuw rapport raadt de Onderzoeksraad het kabinet aan die afhankelijkheid beter te bekijken.
De Onderzoeksraad reageert op drie onderzoeken die werden gedaan na de grote storing bij 112 in de zomer van 2019. Door een storing in het routeringsplatform kon het noodnummer niet worden bereikt. Ook was er een ongerelateerde storing waardoor het niet mogelijk was NL-Alerts te versturen. Na de storing deden zowel het Agentschap Telecom als de Inspectie Justitie en Veiligheid en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd onderzoek naar de oorzaken van de storing en de mogelijke kwetsbaarheden in de systemen van het alarmnummer en de hulpdiensten. De Onderzoeksraad voor de Veiligheid heeft gewacht op die drie rapporten voordat het zelf een rapport opstelde. De raad beschrijft de conclusies daarvan in een brief aan de minister. Daarin schrijft de Onderzoeksraad dat de drie losse rapporten weliswaar grondig zijn uitgevoerd, maar dat die alleen betrekking hebben op hun eigen onderzoeksvelden. Daarnaast zouden er nog overkoepelende problemen zijn.
De Onderzoeksraad zegt dat de drie instanties verschillende zaken rondom het 112-netwerk niet benoemen. De belangrijkste daarvan is de afhankelijkheid van slechts één provider. Er is niet onderzocht of dat 'geen onwenselijke kwetsbaarheid oplevert'. De partijen keken ook niet naar de hele infrastructuur van het alarmnummer. "De Onderzoeksraad mist een kritische analyse van de 112-keten als geheel, waarmee mogelijke verbeteringen van de betrouwbaarheid van de 112-keten als geheel buiten beeld blijven", staat in een brief die de Onderzoeksraad naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Bovendien gaven eerdere incidenten in 2015 en 2017 aan dat het systeem kwetsbaar is doordat het alleen van KPN afhankelijk is.
Volgens de Onderzoeksraad is er niet geleerd van de storingen. "De Onderzoeksraad ziet in de huidige rapporten niet terug of en op welke manier van deze incidenten en rapporten is geleerd. De vraag rijst bij de Onderzoeksraad waarom hieraan in de onderzoeken van de inspectiediensten geen aandacht is besteed en of het lerend vermogen van de betrokken organisaties daarmee niet tekortschiet."
In de brief doet de Onderzoeksraad geen concrete voorstellen voor verbetering. Wel roept de raad de politiek en specifiek minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid op om te kijken of er geen maatregelen voor verbetering kunnen worden genomen.